We waren bij een goede vriend op bezoek. Het was gezellig en dus werd het laat. We hadden net de bus gemist, maar we konden ook wel de trein nemen. Dat was dan wel iets verder lopen, toch scheelde dat weer een kwartier met de volgende bus.
Ik liep aan de arm van mijn man en huppelde af en toe een extra sprongetje. De straten waren verlaten op een enkele café(stam)gast en hondenuitlater na. We kwamen langs het kerkje waar we buiten voor het eerst tegen elkaars tanden waren gebotst. Ik merkte op dat ons bankje was weggehaald. We passeerden de antiekzaak waar ik tien jaar geleden niet in durfde te gaan omdat die man zo raar keek en de dansschool waar mijn moeder mijn vader naartoe had meegesleurd. Welgeteld één keer. Het museum was gesloten vanwege een verbouwing. Waren we daar ooit wel geweest? vroeg mijn man.
We haalden de trein met tijd over.
Vijf minuten hadden we op het perron en ik voelde me weer jong.