We zitten samen met vierentwintig andere paren in een collegezaal. Geen enkel paar zit dichtbij een ander. Allemaal eilandjes van twee. En we komen hier allemaal om ons eilandje te bevolken.
Bij binnenkomst moesten we onze meisjesnaam opgeven. We kregen een paraaf achter onze naam en een grote envelop. Ik liep nog even naar de wc’s. Niet omdat ik moest, maar omdat ik nog even niet in de zaal wilde zijn.
In de envelop zitten informatiefolders over de polikliniek, toestemmingsformulieren voor medisch wetenschappelijk onderzoek naar ‘restweefsel’, een kaartje met daarop ‘ Slimmer Zwanger’ (dat is iets met lifestyle geloof ik) en enkele vragenlijsten. Mijn oog valt op een ervan, de ‘Probleemlijst’. Onder het kopje ‘Levensbeschouwelijke aspecten’ staat onder andere ‘ Zin van het leven.’ Je kunt slechts ‘ja’ of ‘nee’ invullen.
Na de introductie van de professor krijgen we een IVF-infofilm te zien. Ze hebben er echt werk van gemaakt. Een goedlachse vrouw met donkere krullen stelt iedere vraag die je maar kunt bedenken in de IVF-context. En heel vaak zegt ze: ‘Ik kan me voorstellen dat dat best eng en spannend is.’ Tussen elk onderdeel klinkt een muziekje.
Er volgen meer professoren, er komt nog meer uitleg. De angst dat de verkeerde embryo in het verkeerde lichaam wordt teruggeplaatst is ook hun grote angst en ze hebben een driedubbele controle bij iedere handeling in het laboratorium. Een enthousiaste embryoloog laat ons een filmpje zien van het wonder van celdeling. Professor Zonnebloems warrige hoofd verschijnt op het scherm als het onderdeel wetenschappelijk onderzoek aan de beurt is. Ik glimlach.
We krijgen tips mee en adviezen. Of we al foliumzuur slikken. En nee, niet alleen de vrouw. De professor toont ons statistiekjes. Een op de vijfendertig kinderen is tegenwoordig een IVF-kind. ‘Dat is op iedere klas bijna een.’ Er zijn ook enkele risico’s en gevaren, zoals een hyperstimulatiesyndroom en kans op infectie. Ten slotte krijgen we enkele grafiekjes te zien met slagingspercentages van de verschillende onderdelen in het IVF-proces. Alle grafiekjes hebben in grootte afnemende balkjes: hoe verder in het proces, hoe minder kans van slagen. Want ze kunnen heel veel controleren, maar niet zo veel meer als het embryo eenmaal is teruggeplaatst in de baarmoeder. Dan moet het lichaam het zelf doen.
‘Dank u voor uw aandacht,’ sluit de professor de avond af. We applaudisseren discreet. ‘En dan wens ik u allen veel succes.’